Ontmoet Stephen en David Dewaele, de muziekjunkies achter wereldbekende muziekproducties
“Hoe gebeurt het dat we tegelijk een Soulwax plaat schrijven, Charlotte Adigéry producen, en muziek maken voor een Netflix video, een anthem voor de Olympische Spelen én de soundtrack van Dries Van Noten?! Als je dat allemaal opnoemt, denk je wowowow gasten!”
Een videocall vanuit de studio van muzikaal genieën Stephen en David Dewaele begint rustig en beheerst, maar na een uur worden de limieten van hun mobiele bureaustoelen getest, vliegen de broers in en uit het beeld, glijden hun handen rusteloos over de gigantische synthesizer net voor hen, en wordt er op een bepaald moment zelfs met een schroevendraaier gezwaaid. Dat geluid het duo begeestert, is een understatement. “We zijn muziekjunkies,” lachen ze, “die nervositeit krijgen we er op geen enkele manier uit.” Dit tomeloze enthousiasme is meteen ook de reden waarom hun agenda eigenlijk nooit leeg is. IIn juni stond de naam Dries Van Noten er in grote letters op: de Belgische couturier presenteerde het allerlaatste defilé voor hij op welverdiend pensioen vertrok, en dat gebeurde op een herwerking van Sound & Vision van David Bowie door de broers Dewaele. De zwanenzang van Dries Van Noten verzorgen: het is geen kleintje. Maar Stephen en David Dewaele zijn ook niet van de minste. Sinds veertig jaar bezielen zij muziek voor en achter de schermen. Met hun formaties Soulwax en 2manydjs veroverden ze ’s werelds grootste festivals en clubs, terwijl ze via hun platenlabel DEEWEE jonge en verrassende acts producen. Zo vuurden ze Topical Dancer, de debuutplaat van Charlotte Adigéry en Bolis Pupul, op het grote publiek af. Begin 2024 toerden ze als Soulwax voor het eerst in vijf jaar nog eens door Europa, en aan het enthousiaste gebrul en gestamp in het publiek te merken, moet hun showgehalte niet onderdoen. En dan is er het buitenbeentje op hun palmares: de samenwerking met Dries Van Noten, die zo’n twintig jaar duurde. We strikten het duo, schroevendraaier in aanslag, om hun comfort zone en alles daarbuiten te bespreken.
L’O: Vandaag is een primeur, want jullie zullen het over mode hebben.
SD: Laten we stellen dat het een wereld is waar we met drie tenen in staan…
DD: De mode-industrie is complex en onderging de voorbije twintig jaar ingrijpende veranderingen. Wij zijn toeristen die daar één keer per jaar een stukje van hebben meegemaakt, maar we zijn er nooit echt deel van geworden.
SD: Het is nooit onze bedoeling geweest om muziek voor modeshows te maken, maar de facto is ons werk of dat van Deewee door de jaren heen wel vaak gebruikt als soundtrack. We kunnen niet ontkennen dat er een soort affiniteit is. Ik denk dat onze esthetiek en manier van werken overeenkomt met hoe ontwerpers denken: wij kunnen invullen wat zij in gedachten hebben, maar niet naar muziek vertaald krijgen. Dries is evenwel de enige voor wie we volledige, orchestrale composities maakten. Wat ons vooral overtuigd heeft, is wie hij is als mens en als artiest. Hij is interessant omdat hij zo lang onafhankelijk is gebleven. Mode is een harde business en we zagen waartegen hij heeft moeten opboksen: dat maakte van hem een underdog, en dat aspect beviel ons. Hij maakt deel uit van de modewereld, maar heeft in de eerste plaats vooral zijn eigen wereld gecreëerd. Dat verdient respect.”
L’O: 20 jaar aan muziek, we kunnen niet anders dan terugblikken…
DD: Dries nodigde ons in 2005 uit in zijn Antwerpse studio om samen door een collectie te gaan die grotendeels op Roxy Music was gebaseerd. We hebben via leadzanger Bryan Ferry de aparte sporen van heel wat van zijn nummers gekregen en een nieuwe compositie gemaakt. Pervers plezier was dat. Het heeft de basis van ons werk met Dries gelegd: we focussen steeds op één artiest en maken iets volledig nieuws met de verschillende bouwstukjes van diens repertoire. David Bowie, Simple Minds, Sade, David Sylvian, Smashing Pumpkins, … Het grote verschil met een sound designer is dat wij geen bestaande muziek aan elkaar mixen of cureren, maar echt van nul opnieuw beginnen met één artiest of song.
SD: We hadden oorspronkelijk geen langdurige samenwerking in gedachten. Het was gewoon leuk en beide partijen hadden keer op keer zin om verder te gaan. Ik zou zelfs zeggen dat wij er pervers plezier aan beleefden. Er trad ook een wisselwerking op: in het geval van Simple Minds heeft Dries twee looks op basis van onze soundtrack ontworpen.
DD: Nu hij een conclusie van zijn carrière maakt, wilden we uiteraard iets speciaals brengen en toch een zekere emotie oproepen. Het is zeker iets dat we zullen missen.
L’O: Je zei dat Dries Van Noten zijn eigen wereld heeft gecreëerd, hoe zou je jullie wereld beschrijven?
DD: Onmogelijk!
SD: Ik zou het niet weten…
DD: Ik weet trouwens niet of Dries zijn eigen universum zou kunnen beschrijven. Ik denk dat je dat niet kan als je ergens middenin zit. Je kan alleen maar doen wat je doet en zijn wie je bent, maar om die complexiteit nu te gaan beschrijven? Moeilijk.
L’O: Oké, omgekeerd dan: wat als een designer kleren bij jullie wereld zou ontwerpen?
DD: Dat is al gebeurd, en het ziet er altijd anders uit. We zijn een moeilijke, omdat we zoveel verschillende soorten muziek maken. Sommigen focussen op onze clubby kant, waar anderen het emotionele facet interpreteren, of eerder richting de artiest trekken die we herwerkt hebben. Er zijn te veel gezichten om in één visueel beeld te vatten.
SD: Eigenlijk sluiten we ons bewust af van vragen als hoe onze muziek gepercipieerd wordt en wat onze plaats is. We hebben het geluk om al heel lang mee te draaien, en merken nu bijvoorbeeld dat een jong publiek teruggrijpt naar oude Soulwax en de wereld die we twintig jaar geleden gemaakt hebben. Ergens is het een luxe om steeds creatief vooruit te blijven gaan, los van externe druk. Tegenwoordig is dat echt een probleem voor jonge artiesten: er hangt zoveel gewicht aan wat ze doen en hoe ze worden gezien dat er gewoon geen ruimte is voor groei. Vallen en opstaan is hen niet gegund, terwijl wij letterlijk kunnen onderduiken en hier in de studio kunnen prutsen tot we zelf tevreden zijn over een resultaat.
L’O: Mode is een spiegel van de tijdgeest, geldt dat ook voor muziek?
DD: Absoluut. Je kan alleen maar vanuit jezelf spreken, maar je maakt ook de wereld mee. Hoe persoonlijker je spreekt, hoe meer je over die wereld vertelt.
SD: Als we met iemand werken, willen Dave en ik weten wat ze denken en wie ze zijn. Neem nu de plaat van Charlotte (Adigéry) en Boris (Bolis Pupul): we hebben daar allen samen thema’s en boodschappen in gestoken die hen als individuen bezighouden, maar tegelijk ook actueel zijn -zoals de vormen van racisme waarmee zij te maken krijgen. Zeker bij Deewee is dit een pijler.
DD: Ik denk dat mode sneller een uiting kan zijn van externe dingen in het leven, waar muziek de kans biedt om dieper te gaan en meer naar binnen te keren. Je kan het ook gemakkelijker politiek beladen, want ik heb de indruk dat de inzet in de modewereld hoger is en iemand zich daar minder kan of mag uitspreken.
SD: Muziek is een klankbord waarin je kan zeggen wie je bent en wat je voelt. Dat resoneert letterlijk en figuurlijk.
L’O: Je liet al meermaals vallen dat je “pervers plezier” ervaart bij het maken van muziek.
DD: Dit zal ongelooflijk cliché klinken, maar de allergrootste kick ligt erin dingen te doen waarvan je zelf versteld staat. Wij zijn muziekjunkies die al op jonge leeftijd heel veel highs hebben beleefd dankzij onze vader (Jackie “Zaki” Dewaele, radiodeejay en muziekverzamelaar). Met het ouder worden zijn we blijven streven naar zo’n adrenaline rush momenten van f*** ja, dit is de max. Dan sta ik in een platenwinkel voor een LP met Marokkaanse folkmuziek en denk ik misschien is dit het, ja ik voel het, dit wordt zo’n moment! We jagen constant op die kick. (lachend)
SD: En dan komt de dag dat je voor Dries Van Noten plots aan de slag mag met Heroes van David Bowie… Die laatste leefde nog en heeft na heel wat vijven en zessen zijn toestemming gegeven om zijn song uit elkaar te halen en er ons eigen ding mee te doen. Dat was al een kleine kick op zich. Maar toen zaten we in ons appartement in Londen, en werd een hyper beveiligde box geleverd met de mastertape van Heroes. Plots stonden we daar met een stuk muziekgeschiedenis in handen! Daar was die adrenaline shot…
DD: Het is ook gewoon zo’n verrijkende ervaring en je leert veel bij door zo’n track uit elkaar te halen en terug tot een complex gegeven te verweven. Als maker gaan je haren ervan overeind staan. Dus ja, een pervers genoegen. En het resultaat is verslavend. Stephen heeft gelijk: we moeten in rehab.
L’O: Over rehab gesproken: kunnen jullie van stilte genieten?
In koor: Ja!
SD: Momenteel kunnen we wel wat stilte gebruiken…
DD: We hebben ondertussen ook beiden jonge kinderen… dus stilte is nu meer dan ooit een luxe
SD: We zijn allebei redelijk laat papa geworden, daarvoor hadden we er nooit de tijd voor. Het is één van de mooiste dingen is die ons kon overkomen, maar ook het moeilijkste.
DD: We maken een balans op van al die dingen. `
SD: Ik denk niet dat we de enige in de wereld zijn! (lachend)
DD: Lang verhaal kort: geluid is omnipresent aanwezig in ons leven, maar we hebben zeker ook stilte nodig als tegengeluid.
L’O: Dries Van Noten die stopt… zet dat jullie aan het denken?
DD: Stoppen kunnen we niet. Soulwax, Deewee, producen, schrijven, optreden, …: er zijn zoveel verschillende tentakels aan wat we doen, dat we kunnen beslissen om nu eens de ene activiteit te pauzeren, dan weer op de volgende te focussen. Het ene voedt het andere. Ons probleem is eigenlijk dat we te veel willen doen, het is bijna ondenkbaar dat we ooit op een punt zouden komen dat we er geen zin meer in hebben. Blijkbaar is onze motivatie onsterfelijk.
SD: We hebben al zoveel plannen voor de komende drie jaar. Op modevlak zal je ons waarschijnlijk minder horen, dat was echt aan Dries gelinkt, maar zeg nooit nooit.
L’O: Hoe kies je dan wat jullie wel en niet gaan doen?
DD: Dat is de vraag die wij ons dagelijks stellen! (lachend)
SD: We zijn er heel slecht in…
DD: Of juist heel goed?
SD: Wat is de deadline? Ja maar, is dat de échte deadline? Meestal is dat onze eerste vraag…
DD: Het is de grootste struggle in ons leven. Hoe gebeurt het dat we tegelijk een Soulwax plaat schrijven, Charlotte Adigéry producen, en muziek voor een Netflix video, een anthem voor de Olympische Spelen én de soundtrack van Dries Van Noten maken?! Als je dat allemaal opnoemt, denk je wowowow gasten! We willen ook niets afleveren waarop we niet fier zijn. Voordelig voor de kunst, nadelig voor onze gezondheid.
L’O: Het is wel duidelijk dat we nog van jullie zullen horen, maar toch: zijn er voorlopig laatste woorden?
DD: We hebben het nooit eerder over mode gehad. Door erover te spreken begin je ook na te denken en heb je iets van dit is wel iets. Voor ons is het een van de vele dingen die we doen, maar we staan er niet vaak genoeg bij stil.
SD: We zijn echt junkies…
L’O: Bij deze; blij dat jullie even stil stonden!
(En voor die zin uit is, vliegen de broers alweer, compleet met bureaustoel, uit beeld.)
Soulwax treedt 16 augustus 2024 op bij Pukkelpop.